Een heerlijke vrucht uit het Andes gebergte. De gele bloemen zijn zelfbestuivend en worden gevolgd door gele bessen. Vooral bekend als garnering bij desserts en salades. Maar is ook erg lekker om zo te eten. Vraagt veel water en voeding.
Het blad van deze uit Papoea Nieuw-Guinea stammende plant heeft een heerlijke champignonsmaak. Lekker is salades, soepen en wok gerechten. De blauwe bloemen zijn een extraatje voor deze kamer / kuipplant.
Een schitterende bladplant uit India en Sri Lanka. De enorme bladeren doen aan olifantsoren denken. De zetmeelrijke wortelstokken worden lokaal gegeten. Voor een plek in de halfschaduw en een hoge luchtvochtigheid.
Volgens veel mensen de grootste voedselbron van de koalabeer. Hij komt dan ook voornamelijk voor aan de oostkust van Australië. Door zijn sierlijke hartvormige en naar kampfer ruikende blaadjes een bijzondere verschijning. Hij verdraagt lichte schaduw maar is niet goed bestand tegen wind.